Ik sta voor een grote, rode deur. Mijn hele wezen wil zich omdraaien en wegrennen. Hoe lang is het al geleden dat ik een sollicitatiegesprek heb gehad. Heb ik er überhaupt ooit een gehad? Ik adem diep in en klop op de deur. Ik wacht, er gebeurt niets. Ik klop nog een keer, en nog een keer, maar niemand geeft antwoord. Dan druk ik in een vlaag van brutaliteit de klink naar beneden en steek mijn hoofd in het kantoor. Leeg. Geweldig. Licht (nou ja, eigenlijk zwaar) gegeneerd trek ik de deur achter me dicht. Hebben ze me laten staan. Ik had het kunnen weten.
Dan hoor ik achter me een stem “Ja sorry ik was even een kopje koffie halen, ga snel naar binnen dan kunnen we praten”. Nog voordat ik me kan omdraaien om te kijken wie het gezegd heeft wordt ik het kantoortje mee in gesleurd en op een stoel neergezet. “Nu kan ik zeker weer terug lopen om voor jou ook een kopje te halen?” Zegt de man, terwijl hij me in zich opneemt en vriendelijk glimlacht. “Ik ben Gijs, trouwens”.
Zo’n tien minuten later zit ik met mijn koffie in de hand tegen hem te praten. Of ik nog ervaringen heb. Waarom ik dit wil doen. Of ik gemotiveerd ben dit vol te houden. Het is een zware baan. Ja. Het is veel nachtwerk. Ja. Ik kan in lastige situaties terechtkomen. Ja dat had ik ook wel verwacht, dat wil ik juist! Ik wil spanning! Geef me nou verdomme die baan!
“Ben je getrouwd?” Gijs kijkt me met zijn grijze ogen aan. “Ja, al bijna twaalf jaar”. Zo. Dat is eruit. Bijna twaalf jaar. Twaalf jaar zonder vrijheid. Soms denk ik wat me bezielde. Ik was 21. Ik had iets met mijn leven kunnen doen. In plaats daarvan krijg ik mijn eerste kind op mijn drieëntwintigste, de meeste van mijn vriendinnen waren nog niet eens afgestudeerd. Ik heb nooit gestudeerd, natuurlijk. Ik dacht dat doe ik later wel. Maar nu, drie kinderen later, kan ik wel veilig stellen dat ik daar nooit tijd voor ga hebben. “Je moet het zo zien” zegt Gijs ernstig “Je bent een goede kanidate en ik wil je graag aannemen, maar ik denk dat je wel aan je man moet denken. Het zou heel vervelend kunnen worden als hij jaloers zou zijn”. “Oh nee, die wordt niet jaloers. Hij is het ermee eens.” Ik schaam me ervoor dat deze leugen zo gemakkelijk over mijn lippen vloeit. “Nou dat is dan geregeld.” Zegt Gijs, terwijl hij me de hand schud. “Als je dan nu even wat formulieren kunt invullen..”
Zodra ik de club uit ben bel ik naar Suzanne. “Meid, Geweldig!” Hoor ik haar zeggen. Ik adem diep. Ja, geweldig. Dan vraag ik hoe het met Rik gaat. “Oh prima hoor meid, gewoon een virusje. Hij is ook zo mager geworden door die groeispurten. Emanuel heeft er ook zo’n last van. Maar meid, kom snel naar huis dan kan ik ook weer weg, Rogier komt zo van z’n werk en die heeft liever niet dat de ontbijtborden dan nog niet afgeruimd zijn”. Ik beloof haar zo snel mogelijk te komen en hang op.
Ik houd een taxi aan en stap in. Met mijn hoofd tegen de ruit denk ik aan wat ik zojuist gedaan heb. Ik weet zeker dat Lars dit niet leuk gaat vinden. Als hij erachter zou komen. Maar dat gaat niet gebeuren. Hij is ook zo vaak weg. En dan nog, het is mijn eigen leven.
Thuisgekomen pak ik het telefoonboek. Het is half 4, Annabel en Simon zullen zo wel uit school komen. Snel dan. Zuchtend sla ik het grote onhandige geval open. Ik weet nooit hoe ik ermee om moet gaan. Gijs opperde het idee dat ik misschien om te beginnen wat paaldanslessen moest nemen. Ik heb tot een jaar terug met Suzanne wel danscursussen gevolgd, dus zo moeilijk zou het wel niet zijn. Ik moest eerst een tijdje lessen volgen voordat ik echt mag optreden. Tot die tijd zal ik achter de bar staan. “Dan leer je gelijk met mensen communiceren, en kan je kijken hoe je collega’s het doen”. Zei Gijs. Mijn collega’s. Wat een heerlijk woord! Daar zie ik een cursus aangeboden. “Paaldansen, van beginners tot gevorderden, Bel 0348-417763, van 9.00 tot 17.00. Gelijk bellen dan maar.
“Met Silvia’s Dansschool, kan ik u helpen?” Hoor ik aan de andere kant van de lijn. “Eeh.. Ja, ja eeh ik wil graag wat meer informatie over de paaldanscursus die u aanbiedt.” Hakkel ik. Waarom doe ik het zo onhandig? Maar de vrouw is heel vriendelijk en geeft me de tijden. Ik mag meteen de volgende beginnersklas mee komen doen. Aanstaande donderdag. Dat is morgen al. Nou, prima. Moet ik alleen Suzanne even vragen of ze op de kinderen kan passen.
Als om kwart voor vier de kinderen uit school komen zit ik doodnormaal aan de keukentafel aardappels te schillen. Ik heb zelfs een koekje en limonade voor ze klaargezet. Terwijl de kinderen wat eten en drinken toets ik het nummer van Suzanne in. “Goedemiddag met Rogier Ricomciare”, klinkt aan de andere kant van de lijn. “Hoi Rogier, met mij, Erika, mag ik Suzanne even spreken?”
Geweldig. Net nu ik haar het meeste nodig heb heeft ze een ouderraadbijeenkomst op school. Waarom ze erin zit is me een raadsel, maar nu zit ik zonder oppas. Wat kan ik nu doen? Zuchtend kijk ik uit het raam. Ik zie mijn buurmeisje van 17, Masha, thuiskomen met haar vriendje. Ze zijn al twee jaar bij elkaar nu. Ja, dat moet haast wel want ze gaat op dezelfde universiteit studeren als hij volgend jaar. Samen studeren.. Misschien daarna zelfs trouwen. En kinderen krijgen. Kinderen… Ik sprint naar de voordeur, trek hem open en met een innemende (in ieder geval, dat probeer ik) glimlach zeg ik “Masha… Heb jij morgenavond wat te doen?”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Hallo, heb je tips, aanmerkingen, kritiek, vragen of ben je alleen maar heel enthausiast? Laat het me weten bij de comments!